Copycat? WOEF!
Copycats. Veel succesvolle ondernemers krijgen er in meer of mindere mate mee te maken. Hoe kun je deze na-apers en inbreuk makers vinden? Hoe ga je er mee om? Wat kun je er tegen doen? En als je je machteloos voelt, mag je iemand dan in het openbaar bekritiseren of zwart maken?
Kortom, een blog over copycats. Woef!
Wanneer is er sprake van een copycat?
Volgens Van Dale is een copycat een na-aper of navolger. Iets of iemand die exact hetzelfde doet wat jij doet of iets doet wat er sterk op lijkt. Een copycat kan dus inbreuk maken op het auteursrecht. Allereerst zul je zèlf het auteursrecht moeten bezitten op het werk. Was het werk daar al origineel genoeg voor? Daarnaast bestaat er geen auteursrecht op stijl. Vervolgens moet het nagemaakte dan zo erg op jouw werk lijken, dat het inbreuk maakt op jouw auteursrecht. In juridische zin sprake van een copycat? Niet zo snel. Vaak ligt het na-apen namelijk in de stijl en niet het kopiëren van een specifiek product, foto of bijvoorbeeld tekst.
Dat wil natuurlijk niet zeggen dat jij het geen copycat zult vinden en dat je geen last hebt van de na-aper. De juridische bescherming is er enkel nauwelijks.
LawStories in je mailbox?
Speurhond, hoe vind je een copycat?
Vooral de online kopieerders, die iets letterlijk overnemen, zijn goed op te sporen. Daar bestaan verschillende tools voor.
Denk bijvoorbeeld aan copyscape. Je voert de URL in van je website waar de tekst en/of foto’s staan. Bestaan hier kopieën van elders op het web, dan verschijnen die resultaten vanzelf. Copyscape bekijkt alleen de specifieke URL. Staat elk product, elke foto of elke blog onder een eigen URL, dan zul je dus die specifieke URL in moeten tikken om de kopieën te vinden. Met http://website.nl/blog of iets dergelijks, doorzoekt hij dus niet al je blogs, maar enkel de content die je meteen kunt zien bij het bezoeken van die URL.
Voor het zoeken van gekopieerde foto’s kun je TinEye gebruiken. Je upload de foto of het bestand waarvan je wil weten of hier een kopie van op internet rondzwerft. Of als het bestand al online staat kun je de URL van de pagina waar het op staat of de URL van het bestand zelf invoeren. De resultaten verschijnen vanzelf.
Staat het beeld al online, dan kun je afbeeldingen ook zoeken via Google Images, op een vergelijkbare wijze.
Uiteraard kun je ook naar stukken tekst zoeken door deze te kopiëren en tussen ” ” in de Google zoekbalk te plakken. Google zoekt vervolgens naar deze exacte tekst.
Copycat gevonden. En nu?
Heb je een copycat gevonden die inbreuk maakt op jouw auteursrecht? Bijvoorbeeld door jouw producten na te maken of jouw originele productomschrijvingen te kopiëren? Bedenk dan eerst nog eens goed of je op dat werk auteursrecht zult hebben. Is de tekst niet te feitelijk of te generiek? Je wilt tenslotte geen tijd, geld en energie steken in iets dat gedoemd is te mislukken.
Je hebt het uitgezocht en weet zeker dat jij auteursrecht op het werk hebt en de ander er inbreuk op maakt. De vraag is vervolgens: wil je alleen dat het inbreukmakende gebeuren ophoudt en de tekst offline gehaald wordt of de producten niet meer verkocht worden, of wil je ook meteen schadevergoeding eisen? Het kan allebei. Het eerste is kost uiteraard minder tijd en moeite. Veel inbreukmakers werken nog wel mee wanneer ze op hun fout gewezen worden. Wanneer het ze echter extra geld gaat kosten willen ze nog wel eens tegenstribbelen, waardoor ook de inbreukmakende content niet meteen offline gehaald wordt. De keuze is aan jou.
In elk geval begin je eerst met een brief of e-mail. Je legt uit waar het precies om gaat, geeft eventueel de URL waar je de inbreuk gevonden hebt en vraagt het geheel binnen een redelijke termijn offline (en uit de verkoop) te halen. Eventueel vorder je meteen al schadevergoeding. Wees vriendelijk, maar duidelijk. Dat werkt het beste.
Daarna is het afwachten wat de reactie zal zijn. Soms is het meteen al opgelost. Andere keren zul je er nog een brief aan moeten wagen of hulp van derden willen inschakelen.
Is er nou geen sprake van een auteursrecht inbreuk, maar vind jij het wel een copycat? Probeer die ander er dan toch op aan te spreken. Onderhandel. Wellicht komen jullie er samen uit. Besef echter wel dat je geen recht hebt en de ander dus geen inbreuk maakt. Misschien levert die ander wel producten die slechter zijn dan die van jou, maar wel op die van jou lijken. De vraag is waarom ze dat doen. Misschien wel omdat ze niet weten dat het ergens anders beter te krijgen is. Wellicht kun je zelf als groothandel gaan fungeren voor die ander die eerst een concurrent leek. Wees creatief!
Wil je betere bescherming voor jouw (commerciële) website, product of bedrijf. Denk dan eens aan de registratie van allereerst een handelsnaam, maar bij voorkeur nog een merk. Een merk biedt ruimere bescherming dan auteursrecht.
WANTED, dead or alive: Copycat
Daar zit je dan, met die copycat. Je raakt er enorm gefrustreerd van. Er valt geen land mee te bezeilen. Het zoveelste mailtje dat je de deur uitstuurt naar de zoveelste copycat. Een copycat die niet zomaar toegeeft en je veel tijd en energie kost. Of je geeft het uit handen. Geeft je rust, maar kost je geld. Je zou wel van de daken willen schreeuwen wat een hufters het zijn!
In eerste instantie mag je uitgaan van de vrijheid van meningsuiting. Je mag best zeggen dat je vindt dat de ander een copycat is en deze bij naam noemen. Bij voorkeur wel onderbouwd. Je zou bijvoorbeeld in een blogpost of facebook update de twee teksten of foto’s (van producten) naast elkaar kunnen zetten en vergelijken. Zo kunnen anderen ook hun mening hierover vormen. Dat zou in elk geval alsnog de meest eerlijke manier zijn.
Waar je vooral mee uit moet kijken is, dat ondanks de waarheid van je bewering over de ander, het geen smaad, laster of onrechtmatige belediging wordt. Je mag niet iemand opzettelijk aantasten in zijn eer en goede naam. In die zin mag ‘zwart maken’ dus niet. Je hebt dan namelijk de opzet iemand een slechte naam te bezorgen: smaad. Dat gaat verder dan enkel je (onderbouwde) mening over iemand uiten.
Over iemand liegen mag al helemaal niet. Je mag dus niet beweren dat iemand jouw auteursrecht geschonden heeft of andere dingen gedaan heeft, terwijl je weet dat dit helemaal niet waar is. Dat heet laster en is een misdrijf.
Er zijn duidelijke of harde grenzen voor deze gevallen. Om te voorkomen dat er sprake is van een belediging of smaad, kun je er voor zorgen dat jouw mening of bewering met feiten wordt onderbouwd. Dat vindt een rechter erg belangrijk. Daarnaast kan het zijn dat jouw mening of bewering uiten in het algemeen belang is. Je wilt tenslotte niet dat anderen denken dat het jouw werk is dat de ander verkoopt of tentoonstelt of iets dergelijks. Je wilt dan het publiek informeren dat het werk van de ander niet jouw werk is. Dat mag.
Overdrijven kun je beter laten en liegen is in elk geval uit den boze.
Hoe pak jij copycats aan? En wat zou je daar nu in veranderen?
Lees ook:
– Copycat? Niet zo snel.
– Auteursrecht. Een stijl kun je niet beschermen
– Auteursrecht inbreuk. Eerst waarschuwen?